De Iraanse gastprofessor van de VUB, Ahmadreza Djalali, is ter dood veroordeeld voor collaboratie met een vijandige staat. Sinds de man werd gevangengenomen in april 2016 ijveren Amnesty International en academici voor de vrijspraak van de professor. Ook op diplomatiek vlak, waaronder Vlaanderen, werd er druk uitgeoefend op Iran. Maar tot op heden blijft het tevergeefs. Tijdens de commissie Buitenlands Beleid vraagt Tine Soens (sp.a) hoe het gesteld is met de gezondheid van de professor.
Professor Ahmadreza Djalali zit sinds april 2016 in Teheran opgesloten. Hij wordt ervan beschuldigd om ‘samen te werken met vijandelijke staten en van activiteiten tegen de Iraanse nationale veiligheid’. In oktober 2017 is hij ter dood veroordeeld, zonder eerlijk of openbaar proces. Hij vroeg zijn (toegewezen) advocaat om hiertoe hoger beroep aan te tekenen, maar zijn advocaat heeft dit niet gedaan, zo raakte bekend op 10 december 2017. In januari schortte Iran de uitvoering van zijn straf echter op, na druk van het Westen.
In tussentijd blijft de medische toestand van de professor erop verder achteruitgaan. “De medische bijstand die de conditie van dokter Djalali vereist, negeren de Iraanse autoriteiten. Zijn vrouw vertelt dat haar man in totaal 25 kilo is vermagerd. Daarnaast zou de professor ook met nierproblemen zitten”, zegt Tine Soens (sp.a). “De vrees bestaat dat de Iraanse autoriteiten zo te werk gaan om op deze manier de doodstraf zelf niet te moeten uitvoeren en dus eigenlijk wachten op zijn dood”. Vlaams minister-president Geert Bourgeois, die de situatie van Djalali al langer opvolgt, blijft aandringen op zijn vrijlating maar tot op heden blijft het tevergeefs. “Voor mij is dat ook een beetje een persoonlijke zaak geworden, ik beschouw het als een mislukking dat daar geen enkel resultaat in gehaald kan worden, ook al doen we daar alle mogelijke inspanningen voor”, aldus Bourgeois.
Studio Commissie (herhaling), vrijdag 7 juni 2019 vanaf 18u op vlaamsparlement.tv. Daarna 24u te bekijken in onze nieuwslus.
