Ze zijn nog met meer dan 130.000: de mannen en vrouwen die ervoor kiezen om onbetaald te zorgen voor hun kinderen. Is dat nog wel verantwoord op een moment dat er zoveel vacatures openstaan en zoveel talent onbenut thuis zit? Journalist Marc Van de Looverbosch legt het voor aan Vlaams volksvertegenwoordiger Axel Ronse (N-VA).
Huismoeders, we dachten dat het een uitgestorven soort was. De groep is intussen ook aangevuld met huismannen die er bewust voor kiezen om voor hun gezin te zorgen. Plannen om die bevolkingsgroep aan te porren om buitenshuis te gaan werken, vallen niet bij iedereen in goede aarde. “In Vlaanderen zijn er 131.000 vrouwen en mannen die ervoor kiezen om niet te gaan werken, geen uitkering krijgen en voltijds familiale taken uitvoeren. Het is mijn visie dat mensen vrij zijn om hun leven zelf te organiseren. Zolang zij geen uitkering krijgen van de overheid, heeft de overheid geen recht om zich met hun leven te bemoeien”, zegt Vlaams Parlementslid Axel Ronse (N-VA) in Studio Vlaams Parlement.
Hiermee reageert Ronse op de uitspraken die federale vicepremier Vincent Van Quickenborne (Open Vld) deed in het magazine Humo. Van Quickenborne vindt het niet kunnen dat partners van huisvrouwen hogere werkloosheidsuitkeringen krijgen. Hij wil dat die uitkeringen gelijk worden gesteld aan die van een alleenstaande en dat de huismoeder “ten laste” niet wordt meegeteld. Daarbij voegde hij er nog aan toe: “Je moet een kat een kat noemen: de meeste huismoeders zijn van allochtone afkomst.” Deze uitspraak schoot bij sommigen in het verkeerde keelgat. “Van de 131.000 huismoeders en –vaders zijn er 51.000 van niet-Belgische origine. Dat is een aanzienlijk cijfer. Maar gaat het om een cultureel verschil of is de kloof met de arbeidsmarkt groter? Daar hebben we momenteel geen cijfers over. We moeten vooral inspanningen leveren om de langdurig zieken, de mensen die een leefloon krijgen en diegenen die een werkloosheidsuitkering krijgen terug te activeren”, aldus Ronse.