Sinds 2010 moeten publieke Vlaamse gebouwen toegankelijk zijn voor iedereen. Dat wil zeggen voor rolstoelgebruikers, kinderwagens, slechtzienden, enz. … . De Vlaming is in tien jaar tijd wel gesensibiliseerd, maar de verwachte impact op de toegankelijkheid van de gebouwen blijft uit. Dat zeggen Inter en Universal Design tijdens een hoorzitting in het Vlaams Parlement.
Uit de resultaten van Inter en Universal Design blijkt dat de toegankelijkheidsverordening vandaag niet in het opzet slaagt om het niveau van basistoegankelijkheid te halen. Er blijven onoplosbare en grote structurele knelpunten bij vergunde gebouwen, zowel nieuwbouw als renovaties. Dat stelden de onderzoekers vast als ze de plannen op de lokale diensten Omgeving screenden.
Uit het dossieronderzoek, waarbij 147 bouwaanvragen zijn onderzocht waarop de toegankelijkheidsverordening van toepassing is, blijkt dat bij 44 dossiers de toegankelijkheidsverordening in het ontwerp niet volledig correct toegepast is. “De regelgeving wordt met andere woorden in belangrijke mate niet of verkeerd toegepast, of de uitvoering stemt niet overeen met de ingediende plannen”, dat zegt Wendy Metten, algemeen directeur van Inter.
Niet de gewenste effectiviteit
Verschillende stakeholders geven meerdere redenen waarom de toegankelijkheidsverordening vandaag niet de gewenste effectiviteit behaald. Namelijk, wanneer afwegingen noodzakelijk zijn, geeft men voorrang aan economische aspecten en de eigen projectspecifieke eisen. Daarnaast geven ontwerpers aan dat ze over onvoldoende toegankelijkheidskennis beschikken om de verordening correct toe te passen en de juiste afwegingen te maken. In het geval van renovatieprojecten doen zich vaak wel grotere moeilijkheden voor om de normen van de toegankelijkheidsverordening nauwgezet toe te passen.
Bij erfgoedprojecten wordt de die rol aan de gewestelijke erfgoedconsulent toegekend. De vaststelling in de praktijk is dat de erfgoedconsulent niet de nodige expertise bezit om de toegankelijkheid van het project te beoordelen. Omgevingsambtenaren geven op hun beurt aan over onvoldoende kennis én onvoldoende tijd te beschikken om de correcte toepassing van de verordening op het plan te controleren. Tot slot is de handhaving tot op vandaag zeer beperkt. Toegankelijkheid behoort niet tot de gewestelijke handhavingsprioriteiten en op het lokale niveau blijkt onvoldoende expertise voorhanden voor om nauwgezette controle.
Aanbevelingen
“Tijdens het onderzoek deden stakeholders heel wat verbetervoorstellen”, stelt Wendy Metten. Ze vatten het verbeterpotentieel samen in zes aanbevelingen, kansen of opportuniteiten voor het toekomstig beleid. “Ten eerste moet men de regelgeving verduidelijken en aanpassen. Daarnaast pleiten ze ervoor om een betere toepassing van de regelgeving te ondersteunen. Ten derde; controle, handhaving en monitoring van de performantie van de regelgeving. Er moet ook ingezet worden op een kenniscontinuüm voor toegankelijkheid. Ten vijfde is een positieve waardering nodig als impuls voor integrale toegankelijkheid. En ten slotte moet er een gefaseerd groeitraject voorop gesteld worden voor bestaande gebouwen”, aldus Metten.
Het volledige verslag kan u hier terugvinden.
Lees ook: Evaluatieonderzoek Vlaamse Toegankelijkheidsverordening
Studio Commissie, zaterdag 22 augustus 2020 vanaf 17u op vlaamsparlement.tv. Stem af op Telenet (kanaal 42), Orange (kanaal 80) of Proximus TV (kanaal 175). Daarna 24u te bekijken in onze nieuwslus.